Cognitieve therapie versus hypnotherapie. De cognitieve therapie is een therapie vorm die veel aangeboden wordt in de reguliere zorg.
Hypnotherapie ziet men in veel gevallen als een alternatieve vorm van therapie. Graag wil ik in deze blog je een beeld schetsen van de twee verschillende benaderingen van therapie en de overeenkomsten.
Wat is cognitieve therapie?
Cognitieve therapie is een verzamelnaam van verschillende therapie vormen die gefocust ligt op het leren omgaan met de gedachten en gedrag wat door de client als probleem wordt ervaren. Om dit verder op te splitsen. Wat is cognitief eigenlijk; het geestelijke voorstellingsvermogen.
De informatie die je hersens verwerken. Hoe je hersens de informatie verwerken hierin ligt de focus op het verwerking proces anders gezegd hoe het gedrag wat de client als probleem ervaart verwerkt wordt in de hersens. Om vervolgens hier mee te leren omgaan en of te veranderen waardoor de client het probleem minder of niet meer zal ervaren.
Hoe leren we bewust nieuw gedrag aan?
Ons brein is geconditioneerd om aangeleerd gedrag niet te willen veranderen. Met als reden dat aangeleerde patroneren / gedrag een functie heeft. Anders hadden we het niet aangeleerd. En wanneer een patroon eenmaal is aangeleerd kost het veel minder energie om het patroon uit te voeren.
Denk hier maar aan een belangrijk patroon die je geleerd hebt zoals het leren praten. Als het goed is denk je hier niet meer over na en gaat het automatisch. Probeer maar eens niet goed te praten je zal merken dat dit meer moeite kost. Dit geldt ook voor een patroon dat in het nu ervaren wordt als een probleem gedrag / patroon.
Bewust willen we er wel mee stoppen maar onbewust is er een “verlangen” die ons er toe zetten het toch te doen, zeker op de momenten wanneer we niet zo bewust er mee bezig zijn. In veel gevallen is het gedrag een patroon uit het verleden dat toen wel een functie had en een bepaalde waarde vervulde. Echter in het nu niet meer waardoor het gezien wordt als een probleem.
Het gedrag wat nu wordt ervaren als probleem heeft onbewust nog een functie omdat je onbewust overtuigt bent dat het gedrag een waarde vervult. Hierom is het lastig om een patroon te veranderen op gedrag niveau. Om dit te willen veranderen moet je heel bewust bezig zijn om je onbewuste deel van je brein nieuwe patronen aan te leren. Maar hoe meer waarde je onderbewuste hebt gelabeld aan het gedrag hoe lastiger het is om het te veranderen. Dit is vaak de reden dat het veel tijd kost.
Daarnaast ligt de focus op het gedrag en niet waarom je het gedrag doet. Zolang je niet werkt aan het verlangen van het gedrag zal het altijd terug komen als zelfde gedrag of in een andere vorm. De kans loop je dus dat je alleen werkt aan het syntoom ( probleem gedrag) en niet aan de kern.
Wat is hypnotherapie?
Hypnotherapie is een therapie vorm waar de focus ligt op het onbewuste deel van je brein. Hiervoor kan er gebruik gemaakt van trance om makkelijker in contact te komen met dit deel van je brein.
Wat is trance?
Gedurende dag kan je verschillende brein activiteit ervaren van hyper alert tot dagdromen en uiteindelijk diepe slaap. De trance staat die veelal gebruikt wordt in hypnotherapie zit ergens tussen dagdromen en net niet in slaap. Je bent bewust aanwezig maar ervaart en ontspannen staat van focus.
In deze staat van brein activiteit heb je makkelijker toegang tot de opgeslagen patronen zoals hierboven omschreven. Deze staat kan je bereiken door een inductie of anders gezegd een begeleiding van de therapeut die de client uitnodigt zijn brein activiteit te “ontspannen” met als doel je bewust zijn, bewust te maken van de patronen om deze vervolgens los te kunnen laten.
Waarom is hypnotherapie zo effectief?
Cognitieve therapie versus hypnotherapie. Met hypnotherapie werk je aan de patronen die het gedrag activeert. Door bewust te worden van de functie van het gedrag. De waarde die het gedrag vervult heb je de keuze om er een ander gedrag te gaan doen. Of het inzicht om het los te laten omdat de “les” die het gedrag je wil vertellen is geleerd. Hiermee werk je aan de kern van het probleem. Wat zorgt voor een relatieve snelle blijvende verandering.
Heb je na het lezen van dit stuk vragen?